ashley was moe en slenterde rond. haar ogen keken moeizaam heen en weer op zoek naar een goeie slaaplaats en had geen zin om er één te maken. tot haar opluchting zag ze een donlkere gro. ze liep er snel op af met haar laatste krachten. moe plofte ze in de grot neer. toen ze een vuur aan stak zag ze dat ze niet alleen was. met een gil deinsde ze achteruit, ze had bijna niks gezien maar er was iets of iemand dat wist ze zeker.